Rijks Museum
  • Date: 02/07/2023
  • Tags: ,

  • Het Rijksmuseum is het museum van Nederland. We vertellen het verhaal van 800 jaar Nederlandse geschiedenis vanaf 1200 tot nu. Daarnaast organiseren we meerdere tentoonstellingen per jaar uit eigen collectie en met (inter)nationale bruiklenen.

    Plattegrond

    De heilige maagschap

    De heilige maagschap

    atelier van Geertgen tot Sint-Jans
    (ca. 1455/65-1485/95)
    Haarlem, ca. 1495
    olieverf op paneel

    In dit fictieve, middeleeuwse kerkgebouw Is Christus’ naaste familie bijeen, de heilige maagschap, naar het oud-Nederlandse woord ‘maag’ voor bloedverwant Links, In een blauw gewaad, zit Maria met Jezus en naast zich haar moeder Anna. Daarachter staan hun echtgenoten Jozef en Joachim. Rechts zit Maria’s nicht Elisabeth met haar zoon Johannes de Doper.

    Madonna van nederigheid

    Fra Angelico, (ca. 1440-1455)
    Florence, ca. 1440
    tempera op paneel

    Als dominicaner monnik was de schilder Fra Angelico vrijgesteld van de strikte Florentijnse gilderegels. Hij kon daardoor een persoonlijke stijl ontwikkelen: een sterk realisme en kloeke vormen met een zekere zoetheid, ontleend aan de oudere schilderkunst uit Siena en Florence.

    Shiva Nataraja

    India, Tamil Nadu
    Chola-stijl, 12de eeuw brons

    Shiva in zijn gedaante als Nataraja (Koning van de dansers), omringd door een vlammenkrans en afgebeeld in de anandatandava-houding, is tegelijkertijd de schepper en de vernietiger van de wereld. Onder zijn voet ligt een dwergje: het symbool van de onwetendheid. Rijkversierde bronzen beelden van hindoegoden werden op feestdagen meegedragen in processies. Door ringen aan de sokkel werden dan draagstokken gestoken.

    Guanyin

    China, Shanxi, 12de eeuw
    beschilderd en verguld hout

    De boeddhistische godheid Guanyin, redder van mensen in nood, is afgebeeld tijdens het mediteren, zittend op een rots. Volgens de legende werd hij ooit in deze houding aangetroffen, mediterend op de weerspiegeling van de maan in het water, in het boeddhisme een symbool van illusie en vergankelijkheid. Zijn houding en gezicht belichamen innerlijke rust en concentratie.

    Twee tempelwachters

    Japan, 14de eeuw
    hout met resten van beschildering

    Tempelwachters staan bij de ingang van een tempel om het kwaad tegen te houden. In hun hand houden ze een vajra, waarmee onnozelheid verpletterd kan worden. De open en gesloten monden staan voor a en un, het eerste en laatste teken van het Siddham (een vorm van Sanskriet-schrift): ze symboliseren alle klanken en geschriften, oftewel kennis. De gelovige die door de wachterspoort het tempelterrein betreedt, verkrijgt symbolisch die kennis.

    Portret van Jan Gerritsz van Egmond van de Nijenburg

    Jacob Cornelisz. van Oostsanen, alias Jacob War van Amsterdam
    (ca. 1472/77- in of vóór 1533)
    Amsterdam, ca 1518
    olieverf op paneel

    De geportretteerde behoorde tot een vooraanstaande Hollandse familie. Hij was onder andere schout en burgemeester van Alkmaar. In zijn rechterhand houdt hij een in zilver of goud gevatte gebedsnoot, een zeer kostbaar voorwerp voor privédevotie. Met dit object toonde hij, naast zijn vroomheid, vooral ook zijn welgestelde status.

    Portret van Jacob Cornelisz van Oostsanen

    atelier van Jacob Cornelisz van Oostsanen, alias Jacob War van Amsterdam
    (ca. 1472/77- in of vóór 1533)
    Amsterdam, 1533?
    olieverf op paneel

    Dit werk gold lange tijd als het vroegst bekende zelfportret in de Noord-Nederlandse schilderkunst, maar het is waarschijnlijk gemaakt naar een verloren werk. Dergelijke portretten zijn illustratief voor de groeiende status van kunstenaars. Jacob Cornelisz kijkt ons direct aan. Achter hem hangt een papiertje met het jaartal 1533 en zijn monogram: I W (omgekeerd) v A (‘J[acob] W[ar] v[an] A[msterdam]’).

    Portret van een vrouw

    Catharina van Hemessen (1527/28 – na 1567)
    Antwerpen, 1548
    olieverf op paneel

    Catharina van Hemessen was de eerste Zuid-Nederlandse schilderes van wie gedateerd en gesigneerd werk bekend is. Dit portretje is waarschijnlijk een van haar vroegste werken. Vrouwen oefenden toen meestal geen beroep uit, laat staan dat ze een opleiding volgden of een eigen atelier bezaten. Het is dan ook waarschijnlijk dat Catharina door haar vader, de schilder Jan Sanders van Hemessen werd opgeleid.

    De welvoorziene keuken

    Joachim Beuckelaer (ca. 1533?-1575)
    Antwerpen, 1566
    olieverf op paneel

    Niet de overdadige uitstalling van groente, fruit, vlees, gevogelte en vaatwerk die deze keukenmeiden ons hier voorhouden is het hoofdthema van het schilderij. Dat is het bezoek van Jezus bij Maria en Martha, onopvallend afgebeeld in de achtergrond. In de tegenstelling tussen voor- en achtergrond schuilt de les van het schilderij: bezwijk niet voor aardse verleidingen.

    Zelfportret

    Vincent van Gogh
    olieverf op karton, 1887

    Nadat hij van zijn broer Theo had gehoord over de nieuwe kleurige Franse schilderkunst ging Vincent in 1886 in Parijs wonen. Al snel probeerde hij de Franse stijl uit op een aantal zelfportretten. Dit deed hij vooral om de kosten voor een model uit te sparen. Hier schilderde hij zichzelf als een mondain geklede Parijzenaar, met losse, ritmische penseelstreken in opvallende kleuren.

    Van Gogh en tijdgenoten

    Zo wereldberoemd als hij nu is, zo onbekend was Vincent van Gogh in Nederland tijdens zijn leven (1853-1890). In 1892 organiseerde de kunstenaar Jan Toorop de eerste Nederlandse tentoonstelling van het werk van Vincent van Gogh. De tentoonstelling bracht een schok teweeg. Van Goghs uitzonderlijk kleurige schilderijen oefenden grote invloed uit op de jongere generatie kunstenaars.

    Toorop was in de jaren 80 de meest internationale kunstenaar] van Nederland. Via hem kwamen zijn tijdgenoten in aanraking met wat er in België en Frankrijk gebeurde. Werk van Franse tijdgenoten zoals Monet kende men hier nog nauwelijks.

    Experimenten met kleur en vorm waren ook kenmerkend voor de kunstnijverheid uit deze periode. Geïnspireerd door Japanse kunst en door de natuur ontstond in Frankrijk de stroming art nouveau, in Nederland ‘nieuwe kunst’ genoemd. Hier vormde speciaal de Indische kunst een belangrijke inspiratiebron.

    Een molen aan een poldervaart, bekend als ‘In de maand juli’

    Paul Joseph Constantin Gabriël (1828-1903)
    olieverf op doek, ca. 1889

    ‘Ons land is gekleurd-sappig-vet. (…) ik herhaal het, ons land is niet grijs, zelfs niet bij grijs weer, de duinen zijn ook niet grijs’, schreef Constant Gabriël in een brief. In tegenstelling tot veel schilders van de Haagse School schilderde hij graag een mooie zomerdag. Op dit schilderij staan er zelfs twee: het gras, de lucht en de molen worden weerspiegeld in het water.

    De Slag bij Waterloo

    Jan Willem Pleneman (1779-1853)
    olieverf op doek, 1824

    De hertog van Wellington krijgt hier het bericht dat de Pruisische troepen te hulp komen. In dit groepsportret van de hoofdrolspelers staat Wellington, bevelhebber van de Brits-Nederlandse troepen, centraal. Linksvoor ligt de Nederlandse kroonprins, de latere Willem n, gewond op een brancard. Het schilderij was aanvankelijk bedoeld voor Wellington. Maar toen Willem I het zag kocht hij het voor zijn zoon. Zo bleef het schilderij behouden voor Nederland.

    Het melkmeisje

    Johannes Vermeer (1632-1675)
    olieverf op doek, ca. 1660

    Geheel verdiept in haar werk schenkt een dienstmeisje melk in. Behalve de witte melkstraal lijkt niets te bewegen. Die alledaagse handeling balde Vermeer samen tot een Indrukwekkend schilderij – als een beeld staat de figuur vrij In de lichte ruimte. Vermeer had oog voor hoe het licht in honderden kleurige puntjes over de voorwerpen speelt

    Brieflezende vrouw

    Johannes Vermeer (1632-1675)
    olieverf op doek, ca. 1663

    Een stil privémoment – een jonge vrouw staat aandachtig een brief te lezen In het ochtendlicht Ze is nog in haar blauwe nachtjakje, Alle kleuren zijn ondergeschikt aan dit stralende lapis lazuli-blauw. Vermeer registreerde exact de lichteffecten, ZO durfde hij het als eerste aan om de huid in zachtgrijs, en de schaduwen op de muur in lichtblauw te schilderen.

    Gezicht op huizen in Delft, bekend als ‘Het straatje’

    Johannes Vermeer (1632-1675)
    olieverf op doek, ca. 1660

    Een ongewoon schilderij in Vermeers oeuvre, en als portret van gewone huizen ook bijzonder voor zijn tijd. De compositie is even spannend als evenwichtig. De oude muren met bakstenen, witkalk en scheuren zijn bijna tastbaar. De locatie is Vlamingstraat 40-42 in Delft In het rechterhuis woonde Vermeers tante Ariaentgen Claes met haar kinderen, van ongeveer 1645 tot haar dood in 1670.

    Kopie naar De Nachtwacht

    toegeschreven aan Gerrit Lundens (1622-1686)
    olieverf op paneel ca. 1642 – ca. 1655

    Deze 17de-eeuwse kopie van De Nachtwacht laat zien dat de compositie oorspronkelijk groter was. Er werden aan drie kanten – maar vooral links – stukken van het echte schilderij afgehaald toen het in 1715 van de Kloveniersdoelen naar het Amsterdamse stadhuis verhuisde. Op zijn nieuwe plek moest het tussen twee deuren worden ingepast. De weggesneden stroken doek zijn noit gevonden.

    Portret van Willem I, prins van Oranje

    Adriaen Thomasz Key (ca. 1544-1589)
    olieverf op paneel, ca. 1579

    Onder de edelen die In de Nederlanden in opstand kwamen tegen het gezag van Fllips ll groeide Willem van Oranje uit tot de grote leider van de opstand. Hl] kwam voor zijn eigen belangen op, streefde naar grotere zelfstandigheid en bepleitte vrijheid van godsdienst. in 1S80 zette Fllips ll een prijs op zijn hoofd; vier jaar later werd hij vermoord.

    Winterlandschap met schaatsers

    Hendrick Avercamp (1585-1634)
    olieverf op paneel, ca. 1608

    Door het hoge standpunt is het schilderij een staalkaart van menselijke – en dierlijke – activiteiten tijdens een strenge winter. Honderden mensen zijn op het ijs te vinden; de meeste voor het vermaak, andere zijn uit bittere noodzaak aan het werk. Avercamp schuwt het lugubere detail niet: links op de voorgrond doen kraaien en een hondje zich tegoed aan het karkas van een doodgevroren paard.

    Isaak en Rebekka, bekend als ‘Het Joodse bruidje’

    Rembrandt van Rijn (1606-1669)
    olieverf op doek, ca. 1665-1669

    Het gebeurde wel vaker dat mensen zich als historisch personage lieten portretteren. Dit echtpaar koos voor het Bijbelse liefdespaar Isaak en Rebekka. Rembrandt maakte er echter iets ongewoons van door de intieme vertrouwelijkheid van het echtpaar, en de pasteuze (dikke) schilderwijze. Door daarna de verf met een spatel te bewerken bracht hij een plastisch, glanzend reliëf aan.

    Zelfportret

    Rembrandt van Rijn (1606-1669)
    olieverf op paneel, ca. 1628

    Onervaren als hij was, schuwde de jonge Rembrandt het experiment niet Hier liet hij het licht langs zijn rechterwang schampen. De rest van het gezicht is in schaduwen gehuld. Het duurt even voordat je beseft dat de kunstenaar je scherp aankijkt Met de achterkant van zijn penseel tekende Rembrandt in de nog natte verflaag, om zo de krullen in zijn wilde haardos te accentueren.

    De molen bij Wijk bij Duurstede

    Jacob Isaacksz van Ruisdael (ca. 1628-1682)
    oil on canvas, ca. 1668-1670

    Majesteitelijk rijst de molen omhoog, hij trotseert de donkere regenwolken en maakt het slot en de kerk van Wijk bij Duurstede nietig. Op de voorgrond stroomt de Lek. Terecht is dit een wereldberoemd schilderij. Ruisdael verenigde er op een indrukwekkende wijze alle Hollandse elementen in – het laagland, het water en de lucht – en hij laat ze samenkomen in de al even Hollandse molen.

    De bedreigde zwaan

    Jan Asselijn (1610-1652)
    olieverf op doek. ca. 1650

    Energiek verdedigt een zwaan haar nest tegen een hond. Het gevecht werd in latere eeuwen politiek geduid: de witte zwaan werd opgevat als de in 1672 vermoorde staatsman Johan de Witt, die het land verdedigt tegen zijn vijanden. Net die interpretatie kwam het schilderij in 1800 als eerste aankoop in de Nationale Kunstgalerij (de voorloper van het Rijksmuseum) terecht

    Gezicht op de Gouden Bocht in de Herengracht

    Gerrit Adriaensz Berckheyde (1658-1698)
    olieverf op paneel, 1671-1672

    De enorme bevolkingsgroei vereiste dat Amsterdam in de I7de eeuw moest worden uitgebreid: in fasen werd de grachtengordel aangelegd. Dit Is de Herengracht in aanbouw, met sommige kavels nog onbebouwd. Vooral dit deel van de gracht werd het domein van de allerrijksten. Zij en hun erfgenamen waren vaak burgemeester van de stad en zaten in de besturen van de VOC, de WIC en de Sociëteit van Suriname.





    Geef een reactie

    Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *